omranken
- om·ran·ken
- samenstelling van om bw en ranken ww
omranken [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
omranken |
omrankte |
omrankt |
zwak -t | volledig |
- iets met ranken of draden omwikkelen
- Het woord 'omranken' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "omranken" herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
64 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be