oefenveld

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  oefenveld    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• oe·fen·veld

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  oefenen ww  en  veld zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	oefenveld	oefenvelden
verkleinwoord	oefenveldje	oefenveldjes

Zelfstandig naamwoord

het oefenveld o

1. een sportveld waar men kan oefenen maar geen wedstrijden spelen

   • Na ruim een week trainen. Terwijl Feyenoord in de Champions League op 31 juli begon na ruim drie weken op het oefenveld te hebben gestaan. Die tijd is gewoon tekort om de ingeleverde (verkochte) kwaliteit op te vangen met nieuwe spelers. Ongeacht of ze uit de jeugd komen, of van buiten en tijd nodig hebben om te acclimatiseren. 
   • Roger Federer heeft de training op de tennisbaan hervat. De 34-jarige Zwitser onderging drie weken geleden een kijkoperatie aan de rechterknie. Tijdens die ingreep werd een beschadigde meniscus bijgewerkt. Van zijn vlotte rentree deed de nummer drie van de wereldranglijst via Twitter opgetogen getuige. 'Me zelden zo gelukkig gevoeld door terug te zijn op het oefenveld.' 

Synoniemen

• trainingsveld

Gangbaarheid

• Het woord oefenveld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "oefenveld" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.