nieuwsanker

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  nieuwsanker    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• nieuws·an·ker

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  nieuws zn  en  anker zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	nieuwsanker	nieuwsankers
verkleinwoord	nieuwsankertje	nieuwsankertjes

Zelfstandig naamwoord

het nieuwsanker o

1. (communicatie) vaste presentator of presentatrice van een nieuwsrubriek of journaal

Gangbaarheid

• Het woord nieuwsanker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.