neusoproller
- (IPA in voorbereiding)
- neus·op·rol·ler
- samenstelling van neus zn en oproller zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | neusoproller | neusoprollers |
verkleinwoord | neusoprollertje | neusoprollertjes |
de neusoproller m
- (kreeftachtigen) Armadillidium nasatum een pissebed uit de familie Armadillidiidae . De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1885 door Gustav Budde-Lund
- Het woord 'neusoproller' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.