negenhonderdennegenendertig
0 | 9 | 3 | 9 |
negenhonderdennegenendertig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: negenhonderdennegenendertig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌneɣə(n)ˌhɔndərtɛnˈneɣənənˌdɛrtəx / (10 lettergrepen)
- ne·gen·hon·derd·en·ne·gen·en·der·tig
negenhonderdennegenendertig
- "939", langere vorm van negenhonderdnegenendertig, negenhonderd plus negenendertig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft negenhonderdennegenendertig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot negenhonderdennegenendertig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- negenhonderdnegenendertig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "negenhonderdennegenendertig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "negenhonderdennegenendertig" ht als linkerdeel
- Het woord 'negenhonderdennegenendertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)