nagelvijl
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- na·gel·vijl
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van nagel en vijl [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nagelvijl | nagelvijlen |
verkleinwoord | nagelvijltje | nagelvijltjes |
Zelfstandig naamwoord
- (gereedschap) fijne vijl waarmee de randen van de nagels worden bewerkt
Gangbaarheid
- Het woord nagelvijl staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nagelvijl" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be