naamteken
- naam·te·ken
- samenstelling van naam zn en teken
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | naamteken | naamtekens |
verkleinwoord | - | - |
- (verouderd) beginletter van iemands naam
vervoeging van |
---|
naamtekenen |
naamteken
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naamtekenen
- Ik naamteken.
- gebiedende wijs van naamtekenen
- Naamteken!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van naamtekenen
- Naamteken je?
- Het woord naamteken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.