monarchaal
- Geluid: monarchaal (hulp, bestand)
- mo·nar·chaal
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | monarchaal | monarchaler | monarchaalst |
verbogen | monarchale | monarchalere | monarchaalste |
partitief | monarchaals | monarchalers | - |
monarchaal
- (regering) een alleenheerser hebbend
- Nederland heeft een monarchale regeringsvorm.
- (politiek) voorstander zijn van een regeringsvorm met een alleen heerser
- Hij is een fel monarchist.
- Het woord monarchaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.