milieuschadelijk

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  milieuschadelijk    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• mi·li·eu·scha·de·lijk

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  milieu  en  schadelijk 

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	milieuschadelijk	milieuschadelijker	milieuschadelijkst
verbogen	milieuschadelijke	milieuschadelijkere	milieuschadelijkste
partitief	milieuschadelijks	milieuschadelijkers	-

Bijvoeglijk naamwoord

milieuschadelijk

1. wat slecht is voor de leefomgeving en de natuur.

   • Reizen met vliegtuigen is een milieuschadelijke vorm van reizen. 

Gangbaarheid

• Het woord milieuschadelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.