melkboerin
- Geluid: melkboerin (hulp, bestand)
- melk·boe·rin
- Afgeleid van melkboer met het achtervoegsel -in
- samenstelling van melk en boerin
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | melkboerin | melkboerinnen |
verkleinwoord | melkboerinnetje | melkboerinnetjes |
de melkboerin v
- (beroep) (handel) iemand (vrouw) die langs de deur ging met voornamelijk melk en zuivelproducten, en eventueel een winkel dreef.
- De melkboerin bracht de melk bij ons aan de deur.
- Het woord melkboerin staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.