megadruk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- me·ga·druk
Woordherkomst en -opbouw
- intensiverende afleiding van druk bn met het voorvoegsel mega-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | megadruk | ||
verbogen | megadrukke |
Bijvoeglijk naamwoord
megadruk
- heel erg druk
- ▸ Normaal is het daar megadruk op zondag, maar nu leek het wel maandagochtend.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'megadruk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Fabian van der Poll“‘We moeten door, maar het is soms wel beangstigend’” (22 maart 2016) op nrc.nl