meelzak
- meel·zak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | meelzak | meelzakken |
verkleinwoord | meelzakje | meelzakjes |
de meelzak m
- zak waarin meel zit of bestemd om meel te bevatten
- Mijn rampzaligste kerst ooit was in Ghana in 2001. Ik lag in mijn eentje op een bed van oude meelzakken en aan het plafond hing een ventilator die enkel in de maximale stand kon en me zo ongeveer wegblies. Ik lag op de bovenste verdieping van een verder uitgestorven hotel en o ja, ik had malaria. [2]
- Op de begane grond domineert de graanmaalderij. Een meelzak hangt aan de installatie.[3]
- De marechaussee in Westerbork had weinig te doen: „De Joden waren allemaal netjes, eerlijk en lijdzaam.” Klaas wist vaak niet wat er in de goederenwagons zat, het konden ook meelzakken zijn.[4]
1.
- Het woord meelzak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "meelzak" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Het Parool JOHAN GOOSSENS 23 DECEMBER 2016 Johan Goossens vierde een eenzame kerst in Ghana, met Malaria
- ↑ Reformatorisch Dagblad Gijsbert Wolvers 26-09-2015 Bekenstichting toch blij met dempen beek
- ↑ NRC Hans Beerekamp 2 april 2012 In die wagons konden ook meelzakken liggen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be