Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • markt·aan·deel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord marktaandeel marktaandelen
verkleinwoord marktaandeeltje marktaandeeltjes

Zelfstandig naamwoord

het marktaandeelo

  1. (economie) aandeel van een merk, producent of land in de totale afzet van een bepaalde soort van producten
    • Volkswagen en zijn dochtermerken hadden een marktaandeel van 24,7 procent.[1] 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Autoverkopen licht omhoog in mei, De Telegraaf, 18 juni 2019