mannenhoofd
  • man·nen·hoofd
enkelvoud meervoud
naamwoord mannenhoofd mannenhoofden
verkleinwoord mannenhoofdje mannenhoofdjes

het mannenhoofdo

  1. het hoofd van een man
     Achter sommige werden roerloze mannenhoofden met brillen zichtbaar, de overige bleven geblindeerd met een wit schermpje.[1]
     „De één schildert heel beeldend, bijvoorbeeld een realistisch mannenhoofd. De ander gebruikt alleen verfspetters. Dat is een heel andere techniek. De manier van het gebruik van materiaal is verschillend”, illustreert Zwaving.[2]
  1. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij  , ISBN 9789023479925
  2.   Weblink bron “Van metaal tot glaskunst tijdens Kijk op Kunst” (13-09-2011), Tubantia