magelhaenoehoe
- (IPA in voorbereiding)
- ma·gel·haen·oe·hoe
- geoniem, samenstelling van Magelhaen en "Straat Magellaan, zeestraat tussen Vuurland en het vasteland van Zuid-Amerika " en oehoe zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | magelhaenoehoe | magelhaenoehoes |
verkleinwoord | magelhaenoehoetje | magelhaenoehoetjes |
de magelhaenoehoe m
- (uilen) Bubo magellanicus een oehoe uit de familie Strigidae . Deze soort komt voor van centraal Peru tot westelijk Bolivia, westelijk Argentinië, Tierra del Fuego en Kaap hoorn
- Het woord 'magelhaenoehoe' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.