Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • maf·fi·o·so
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord maffioso maffiosi
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de maffiosom

  1. lid van de maffia, iemand die zich met georganiseerde misdaad bezighoudt

Gangbaarheid

90 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be