• lie·ve·lings·hond
enkelvoud meervoud
naamwoord lievelingshond lievelingshonden
verkleinwoord lievelingshondje lievelingshondjes

de lievelingshondm

  1. de hond Canis lupus familiaris   waar iemand het meest van houdt
     Nikolenka, wat is Troenila een schat van een hond. Hij herkende me, zei Natasja over haar lievelingshond.[2]
     De lievelingshond van koning Bhumibol van Thailand is overleden, dat heeft het Thaise hof in een officiële verklaring bevestigd. De zeventien jaar oude hond Tongdaeng stierf zaterdag in het zomerpaleis in Hua Hin aan ouderdom.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
  3.   Weblink bron “Lievelingshond van Thaise koning is dood” (28-12-2015), NOS