liep achteruit
- Geluid: liep achteruit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlip ɑxtərˈœyt / (4 lettergrepen)
- liep ach·ter·uit
- uit liep (werkwoord) en achteruit (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
vervoeging van |
---|
achteruitlopen |
liep (…) achteruit
- enkelvoud verleden tijd van achteruitlopen
- Ik liep achteruit.
- Jij liep achteruit.
- Hij, zij, het liep achteruit.
- Ik liep achteruit.
- Het woord liep achteruit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.