liberalisering
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- li·be·ra·li·se·ring
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van liberaliseren met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | liberalisering | liberaliseringen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de liberalisering v
- (economie) het liberaliseren
- Uit het onderzoek blijkt dat de inkomenskloof in de onderzochte steden snel groeit. Dat hangt volgens de onderzoekers samen met globalisering en liberalisering. [2]
Gangbaarheid
- Het woord liberalisering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "liberalisering" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ www.nu.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be