lenswater

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  lenswater    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• lens·wa·ter

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  lens ww  en  water 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	lenswater	-
verkleinwoord	lenswatertje	lenswatertjes

Zelfstandig naamwoord

het lenswater o

1. (scheepvaart) water dat in het ruim van het schip gelopen is en zodoende met een lenspomp eruit moet worden gepompt

Gangbaarheid

• Het woord 'lenswater' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.