lendenbiefstuk
- len·den·bief·stuk
- samenstelling van lende en biefstuk met het invoegsel -n-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lendenbiefstuk | lendenbiefstukken |
verkleinwoord | - | - |
de lendenbiefstuk m
- (voeding) runderbiefstuk van de dunne lende
- ▸ Mama serveerde lendenbiefstuk met ui en ijs, dat ze uit het vriesvak van de koelkast haalde.[1]
1.
- Het woord lendenbiefstuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767