Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • leg·kip
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord legkip legkippen
verkleinwoord legkippetje legkippetjes

Zelfstandig naamwoord

de legkipv

  1. kip, gefokt voor de eierproductie
     Een megastal is groter dan 1,5 hectare. In de meeste megastallen (514) zitten melkkoeien. In 233 van de stallen zitten moedervarkens, in 84 melkgeiten en in 74 legkippen.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Aantal megastallen is in vijf jaar met bijna een kwart gestegen” (29 juni 2022), NU.nl
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be