Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • le·ges·kos·ten
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord legeskosten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de legeskostenmv

  1. kosten die moeten worden betaald voor een handeling van een overheid
     Voor de bewoners van Weesp is het nu vooral afwachten. Eén van hen vreest dat het leven duurder wordt. "Ik verwacht vooral hogere legeskosten, voor bijvoorbeeld een bouwvergunning", zegt hij.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Weesp is nu een stukje Amsterdam, maar 'Ik blijf een Weespermop'” (Donderdag 24 maart 2022, 09:07), NOS