leefgemeenschap
- Geluid: leefgemeenschap (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlefxəˌmensxɑp / (4 lettergrepen)
- leef·ge·meen·schap
- samenstelling van leef ww en gemeenschap zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | leefgemeenschap | leefgemeenschappen |
verkleinwoord | - | - |
de leefgemeenschap v
- (sociologie) groep mensen die samenleven
- Kibboets Tzora moest vanaf de grond worden opgezet, een kibboets is een collectieve leefgemeenschap waar meerdere gezinnen samen wonen en leven.. [2]
- (biologie) geheel van de groepen dieren en planten die samen in een bepaald gebied voorkomen
- Bij ecosystemen zijn alle organismen in een leefgemeenschap betrokken - planten, dieren en bacteriën - en wordt rekening gehouden met de manier waarop elk lid van het ecosysteem energie gebruikten produceert. [3]
- [1] convict, woongemeenschap
- Het woord leefgemeenschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Schipper, J."Dat mijn moeder nog leefde was het mooiste cadeau" (7 augustus 2018) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-04-05
- ↑ Siegfried,D.R.Biologie voor Dummies (2005) Pearson Education, Amsterdam; ISBN 9789043010511; p. 307; geraadpleegd 2019-04-05