lawaaiig
- la·waai·ig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | lawaaiig | lawaaiiger | lawaaiigst |
verbogen | lawaaiige | lawaaiigere | lawaaiigste |
partitief | lawaaiigs | lawaaiigers | - |
lawaaiig
- met veel lawaai, met veel afleidend geluid
- Het woord lawaaiig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lawaaiig" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
52 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be