Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lams·wol·len
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen (alleen
attributief)
verbogen
partitief lamswollens

Bijvoeglijk naamwoord

lamswollen [1]

  1. gemaakt van de wol van een jong schaap
     Die boten met passanten die Sail vanaf het water beleven, maken het IJ overvol. Het is een brede boulevard, een lopende band met alleen maar schepen. Dure sloepen met blondepaardestaartvrouwen, een glas rosé in de hand. Mannen met de lamswollen trui losjes om de schouder geknoopt. Een enkeling in wit kostuum met kapiteinspet.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Drinken, dansen en laveren op een avondje Sail” (Zaterdag 21 augustus 2010, 12:41), NOS