• læ·re·rin·ne
  • Afgeleid van het Noorse werkwoord lære met het achtervoegsel -er en met het achtervoegsel -inne.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lærerinne     v: lærerinna
m: lærerinnen  
  lærerinner     lærerinnene  
genitief   lærerinnes     v: lærerinnas
m: lærerinnens  
  lærerinners     lærerinnenes  

lærerinne v / m

  1. (beroep) lerares
    «Hollywood-yndlingen Julia Roberts spiller ung lærerinne i det lystige dramaet "Mona Lisa Smile".»
    Hollywood-lieveling Julia Roberts speelt een jonge lerares in het drama genaamd "Mona Lisa Smile".
  2. iemand die een geloof of een dwaalleer verkondigt