• krui·pe·rij
enkelvoud meervoud
naamwoord kruiperij kruiperijen
verkleinwoord

de kruiperijv

  1. op een overdreven manier proberen in een goed blaadje te komen bij iemand
    • We moeten geduld hebben. Amerika moet mensen en groeperingen die al teleurgesteld zijn in de politieke islam ondersteunen, door een alternatief te helpen vinden en ontwikkelen. De kern van dat alternatief zijn de idealen van de rechtsstaat en de vrijheid van geweten, godsdienst en meningsuiting. Deze waarden kunnen en mogen geen ruimte laten voor excuses, kruiperijen of aarzelingen. [2] 
    • De voorbeelden van oud-kanselier Schröders medewerking aan Gazprom, van Berlusconi’s opportunisme, van de algehele kruiperij van de leiders van Europese energie- en industriebedrijven voor Russische politici, doen denken aan hetzelfde soort relaties op basis van omkoping die Gaddafi enkele decennia geleden in Frankrijk, Italië en andere Europese landen organiseerde. [3] 
81 % van de Nederlanders;
76 % van de Vlamingen.[4]