kruikenzeiker
- krui·ken·zei·ker
- samenstelling van kruik en zeiker met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kruikenzeiker | kruikenzeikers |
verkleinwoord | - | - |
de kruikenzeiker m
- Het woord 'kruikenzeiker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.