kromzaag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- krom·zaag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van krom en zaag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kromzaag | kromzagen |
verkleinwoord | kromzaagje | kromzaagjes |
Zelfstandig naamwoord
- (gereedschap) zaag met smal zaagblad net als een decoupeerzaag om langs gebogen lijnen te zagen
Gangbaarheid
- Het woord 'kromzaag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.