kostjuffrouw
- kost·juf·frouw
- samenstelling van kost zn en juffrouw zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kostjuffrouw | kostjuffrouwen |
verkleinwoord | kostjuffrouwtje | kostjuffrouwtjes |
- vrouw die kamers verhuurt en tevens de maaltijd verzorgt voor haar kostgangers
- Het woord 'kostjuffrouw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.