kogelgewricht
  • ko·gel·ge·wricht
enkelvoud meervoud
naamwoord kogelgewricht kogelgewrichten
verkleinwoord kogelgewrichtje kogelgewrichtjes

het kogelgewrichto

  1. (anatomie) een gewricht dat over alle drie de ruimtelijke assen draaibaar is omdat de bolle kop kan draaien in een komvormige holte
     Uit onderzoek is gebleken dat de hengst kneuzingen heeft opgelopen aan een pees en een kogelgewricht.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Opium drie weken uitgeschakeld” (Maandag 25 januari 2010, 19:20), NOS