knobbelen
- knob·be·len
knobbelen [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
knobbelen |
knobbelde |
geknobbeld |
zwak -d | volledig |
- dobbelen met drie dobbelstenen
- gokken
- een gezelschapsspel dat zowel in verenigingsverband, in het café of in huiselijke kring kan worden gespeeld
- Het woord knobbelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "knobbelen" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ knobbelen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be