kloklezen
- klok·le·zen
- samenstelling van klok zn en lezen ww
kloklezen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
kloklezen |
||
onvolledig |
- op een analoge klok met wijzers en een wijzerplaat kunnen zien hoe laat het is
- U wilt in een halfuur weten hoe goed uw kind kan rekenen of schaken? Doe dan de schaak- en rekentests die de universiteit van Amsterdam heeft ontwikkeld. The sky is the limit, want straks misschien ook beschikbaar: taaltests of kloklezen. [1]
- Als ontwikkelingspsychologisch onderzoeker merk ik van die volwaardigheid helemaal niets. Zo heb ik bij twintig kinderen tussen 3 en 8 jaar de ontwikkeling van het kloklezen gevolgd. Ik stel half twee in. Maurits van 5 jaar en 8 maanden: `Twee uur`. Ik: `Nee.` `Zes uur.` `Nee, dat is `t ook niet.` `Eén voor zes`. `Waarom?` `Want de grote staat op de 6 en de kleine op de één`. `Nee.` `Op de twee.` `Nee, tussen de één en de twee. En dan is `t half twee` - `Half twee?!` [2]
- Het woord kloklezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kloklezen" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ De Standaard 19 FEBRUARI 2009 gert devreese Wordt mijn kind de nieuwe Kasparov?
- ↑ NRC Dr. Ewald Vervaet 3 mei 2008 Help, het kind verdwijnt
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be