klinkaard
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- klink·aard
Woordherkomst en -opbouw
- naamwoord van handeling van klinken met het achtervoegsel -aard [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | klinkaard | klinkaards |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de klinkaard m
- (numismatiek) naam van zekere gouden munt uit de 14de eeuw in Brabant
- (bouwkunde) zekere soort baksteen
Synoniemen
- [2] klinker
Gangbaarheid
- Het woord klinkaard staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "klinkaard" herkend door:
29 % | van de Nederlanders; |
48 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ klinkaard op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be