kleine groensnavelmalkoha

Nederlands

 
Kleine groensnavelmalkoha (Phaenicophaeus viridirostris)
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klei·ne groen·sna·vel·mal·ko·ha
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleine groensnavelmalkoha kleine groensnavelmalkoha's
verkleinwoord klein groensnavelmalkohaatje kleine groensnavelmalkohaatjes

Zelfstandig naamwoord

kleine groensnavelmalkoha

  1. (koekoeksvogels) Phaenicophaeus viridirostris   een koekoekssoort uit het geslacht Phaenicophaeus  . De kleine groensnavelmalkoha lijkt op de grote groensnavelmalkoha maar heeft een blauwgroene washuid rond het oog en is kleiner
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie