kinabaluslangenarend

Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • ki·na·ba·lu·slan·gen·arend
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kinabaluslangenarend kinabaluslangenarenden
verkleinwoord kinabaluslangenarendje kinabaluslangenarendjes

Zelfstandig naamwoord

de kinabaluslangenarendm

  1. (havikachtigen) Spilornis kinabaluensis   een roofvogel uit het geslacht Spilornis van de familie havikachtigen (Accipitridae). Deze slangenarend is een endemische vogelsoort die alleen in bergwouden op Borneo voorkomt
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie