kelerelijer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kelerelijer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ke·le·re·lij·er
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kelerelijer | kelerelijers |
verkleinwoord | kelerelijertje | kelerelijertjes |
Zelfstandig naamwoord
de kelerelijer m
- iemand die aan de 'kelere' (cholera ?) lijdt
- de spelling wil nog wel eens variëren van 'klere' via 'keleire' tot 'koeleire'
- (scheldwoord) rotzak
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'kelerelijer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.