• kau·sjo·ne·re
  • Afkomstig van het Noorse zelfstandige naamwoord kausjon met het achtervoegsel -ere
Naar frequentie 38721
vervoeging
onbepaalde wijs kausjonere
tegenwoordige tijd kausjonerer
verleden tijd kausjonerte
voltooid
deelwoord
(har) kausjonert
onvoltooid
deelwoord
kausjonerende
lijdende vorm kausjoneres
gebiedende wijs kausjoner
vervoegingsklasse Klasse 2 sterk
opmerking

kausjonere

  1. overgankelijk, (juridisch) een borgtocht voor iets of iemand stellen
  2. overgankelijk, (figuurlijk) garanderen voor iets of iemand



  • kau·sjo·ne·re
  • Afkomstig van het Nynorske zelfstandige naamwoord kausjon met het achtervoegsel -ere
vervoeging
onbepaalde wijs kausjonere
kausjonera
tegenwoordige tijd kausjonerer
verleden tijd kausjonerte
voltooid
deelwoord
(har) kausjonert
onvoltooid
deelwoord
kausjonerande
lijdende vorm kausjonerast
gebiedende wijs kausjoner
vervoegingsklasse Klasse 2 sterk
opmerking

kausjonere

  1. overgankelijk, (juridisch) een borgtocht voor iets of iemand stellen
  2. overgankelijk, (figuurlijk) garanderen voor iets of iemand