Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kar·veel·bouw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord karveelbouw -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de karveelbouwm

  1. gladde constructie van scheepshuiden, waarbij de kant van de ene plank tegen die van de andere aanstuit met als nadeel dat er een naad ontstaat

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen