• ka·ja·poet·olie
enkelvoud meervoud
naamwoord kajapoetolie -
verkleinwoord - -

de kajapoetoliev / m

  1. de etherische olie gewonnen uit de kajapoetboom, gewoonlijk Melaleuca cajaputi  , hoewel olie van M. leucadendron soms ook deze naam verleend wordt
      De beroemde Kajaputolie van den handel, de minjak kajoe poetih der inlanders , wordt vooral gebruikt tot inwrijving bij pijnen van allerlei aard, alsook tot wering van insekten. De echte kajaputolie wordt verkregen door destillatie der takken en bladeren van Melaleuca cajaputi Rexb., en vooral op het eiland Boeroe gestookt.[1]
  1.   Weblink bron “Mengelwerk. Eenige woorden van vreemde afkomst in de Nederlandsche taal.” (24 september 1888), Arnhemsche courant