kajapoetboom
- ka·ja·poet·boom
- samenstelling van kajapoet zn en boom zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kajapoetboom | kajapoetbomen |
verkleinwoord | - | - |
- (plantkunde) Melaleuca cajaputi , uit de takken en bladeren waarvan de etherische kajapoetolie gewonnen wordt
- ▸ ⧖ Kajaput.
Dit woord komt schier alleen voor in de samenstellingen kajaputboom en kajaputolie, vooral in de laatste. Het is, behoudens de verminking door de Europeanen van een niet begrepen term, samengesteld uit de Maleische woorden kajoe, hout, en poetih, wit; en kajaputboom is dus letterlijk withoutboom.[1]
- ▸ ⧖ Kajaput.
- Het woord 'kajapoetboom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Mengelwerk. Eenige woorden van vreemde afkomst in de Nederlandsche taal.” (24 september 1888), Arnhemsche courant