Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kaart·ver·koop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kaartverkoop kaartverkopen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kaartverkoopm

  1. het verkopen van kaartjes voor evenementen
    • De kaartverkoop van het concert begint vanavond om tien uur. 

Gangbaarheid