• iso·sta·sie
enkelvoud meervoud
naamwoord isostasie -
verkleinwoord - -

de isostasiev

  1. het isostatisch zijn
  2. (geologie) het beginsel dat de aardkorst in hydrostatisch evenwicht verkeert op het zwaardere (vloeibare) substratum
35 % van de Nederlanders;
54 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be