ingriffen
- in·grif·fen
- samenstelling van in bw en griffen ww
ingriffen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
ingriffen |
grifte in |
ingegrift |
zwak -t | volledig |
- inkrassen, graveren, inkerven
- (figuurlijk) iets zo goed leren dat het niet meer uit het geheugen verdwijnt
- [2] inprenten
- Het woord ingriffen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ingriffen" herkend door:
31 % | van de Nederlanders; |
62 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be