hybridiseren
- hy·bri·di·se·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
hybridiseren |
hybridiseerde |
gehybridiseerd |
zwak -d | volledig |
hybridiseren [1]
- overgankelijk hybrides maken van
- Het woord hybridiseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.