huurverlaging
- huur·ver·la·ging
- samenstelling van huur zn en verlaging zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | huurverlaging | huurverlagingen |
verkleinwoord |
de huurverlaging v
- (economie) vermindering van de hoeveelheid geld die men per maand aan huur hoeft te betalen
- ▸ "Terugtrekkende bewegingen bij het afschaffen van het eigen risico, geen huurverlaging en geen verbeteringen voor mensen met een bescheiden inkomen. Als er op rechts-culturele thema's wat te winnen valt, dan gaan de sociale punten er als eerste aan."[1]
- ▸ Michael van de Kuit is de eigenaar van Nedstede. Hij ziet Vitesse worstelen met de huurprijs, maar is niet zomaar van plan huurverlaging te geven.[2]
- Het woord huurverlaging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “SP richt zich onder Jimmy Dijk weer helemaal op de klassenstrijd” (zaterdag 2 maart 2024, 14:32), NOS
- ↑ Weblink bron Sander Maassen van den Brink“Gelredome blok aan het been voor Vitesse: 'Deze huursom is niet op te hoesten'” (zondag 28 april 2024, 10:07), NOS