• ho·ved·by
  • Samenstelling van de Deense woorden små en by.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hovedby     hovedbyen     hovedbyer     hovedbyerne  
genitief   hovedbys     hovedbyens     hovedbyers     hovedbyernes  

hovedby g

  1. de belangrijkste en grootste stad in een bepaald gebied of van een bepaalde bevolkingsgroep
    «Ekron er nævnt i Bibelen som en af filistrenes hovedbyer
    Ekron wordt in de Bijbel genoemd als één van de belangrijkste en grootste steden van de filister.