hormoonverstorend


  • hor·moon·ver·sto·rend
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen hormoonverstorend hormoonverstorender hormoonverstorendst
verbogen hormoonverstorende hormoonverstorendere hormoonverstorendste
partitief hormoonverstorends hormoonverstorenders -

hormoonverstorend

  1. een nadelige werking op de hormoonhuishouding en de hormoonwerking hebbend
     De lijm die in het bloed van patiënten terecht kan komen bevat onder meer de stoffen BADGE en BPA. Beide werken hormoonverstorend. De stoffen worden in verband gebracht met vruchtbaarheidsproblemen, borstkanker, prostaatkanker en overgewicht.[1]
     Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren sprak van een hormoonverstorend, kankerverwekkend middel. "Nederland staat in de top-3 waar het gaat om gifgebruik. Doet dit kabinet wel alles dat het kan om risico's te vermijden?"[2]
  1.   Weblink bron “Veelgebruikte injectienaalden onveilig” (maandag 23 maart 2015, 16:52), NOS
  2.   Weblink bron “Geen totaalverbod op onkruidverdelger Roundup” (donderdag 28 mei 2015, 18:51), NOS