• hoor·fout
enkelvoud meervoud
naamwoord hoorfout hoorfouten
verkleinwoord - -

de hoorfoutv / m

  1. misverstand waarbij je iets anders verstaat dat ongeveer hetzelfde klinkt als dat wat werkelijk te beluisteren was
     Tijdens de Parijse opstand van 1968 wilde de gendarmerie Sartre laten oppakken, maar De Gaulle zou dit voornemen hebben verhinderd met de opmerking: `On n'arrête pas un Voltaire'. In zijn doctoraalscriptie heeft de kroonprins er met kracht op gewezen dat het woord `voltaire' ook leunstoel betekent en dat De Gaulle vermoedelijk zoiets heeft gezegd als: `On reste dans un voltaire'. Daarmee wilde de president zeggen dat men in zo'n geval niets anders kan doen dan werkeloos in een stoel blijven zitten. Sinds Willem-Alexander tot deze conclusie kwam, hebben historici in brede kring zich afgevraagd wat deze hoorfout heeft betekend voor de loop van de geschiedenis.[1]
     Volgens wethouder M. van Diessen is wellicht sprake geweest van hoorfouten bij het telefonisch doorgeven van de uitslagen.[2]
  1.   Weblink bron
    Max Pam
    “Drs. Van Oranje” (1 februari 2002) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron “1.450 Stemmen in Tilburg blijken verkeerd geteld” (11 mei 1998) op nrc.nl